Het zonnige weer zorgt ervoor dat we weer lekker in de tuin willen werken. Tuinieren kan ontspannend zijn, maar het kan ook belastend zijn voor je rug, nek, schouders en knieën; vooral als je al last hebt van chronische pijnklachten. Kies daarom voor een slimme aanpak en volg onze tips op. Zo wordt tuinieren een stuk aangenamer voor je rug!

Tip 1: Warming up
Voordat je aan de slag gaat in de tuin, is het ideaal om even een korte maar stevige wandeling te maken om je spieren goed op te warmen. Als je ervan houdt, kun je ook een korte yoga work-out doen met wat stretches.

​Tip 2: Afwisselen is belangrijk
Veel klachten ontstaan doordat we te lang in dezelfde houding werken en dezelfde spieren te lang belasten. Probeer daarom zoveel mogelijk af te wisselen. Bijvoorbeeld: een kwartier onkruid wieden, een kwartier harken, een kwartier de haag snoeien, enzovoort. Wissel staande klusjes af met zittende activiteiten.

Tip 3: Kies tuinmateriaal dat goed is voor je rug
Klein tuingereedschap heeft het liefst een kort, gebogen handvat. Het is belangrijk om je pols in het verlengde van je onderarm te houden, want geknikte gewrichten zijn zwaar voor de pezen en spieren van je arm. Voor klussen waarbij je staat, is gereedschap met een lange steel essentieel om ergonomisch te kunnen werken. Zorg ervoor dat de lengte is aangepast aan jouw lengte.

Tip 4: Werk niet (te lang) boven schouderhoogte
Bomen snoeien of fruit plukken kan heel lastig zijn voor de nek- en schouderspieren. Als je langere tijd boven schouderhoogte werkt, trekken we de schouders op, waardoor onze nek- en schouderspieren vermoeid en zelfs overbelast raken. Druk je schouders dus bewust omlaag. Probeer zoveel mogelijk een ladder te gebruiken om klusjes in de hoogte uit te voeren, of kies voor een heggenschaar op steel.

Tip 5: Werk niet voorovergebogen
Zorg ervoor dat je rug recht blijft bij het werken in de tuin. Buig je knieën bij het wieden van onkruid en vermijd een gebogen rug. Als het niet lukt om op deze manier te werken, gebruik dan een lage kruk of voetbankje om met een rechte rug voorover te buigen.

Tip 6: Rijden is beter dan tillen
Gebruik een kruiwagen om zware dingen te vervoeren. Een kruiwagen met twee wielen is stabieler dan met één wiel, vooral op een oneffen ondergrond. Zorg ervoor dat de spullen stabiel liggen en het gewicht boven de wielen is geplaatst. Trek de kruiwagen over hobbels in plaats van duwen, dit geldt ook voor vegen.

Tip 7: Correct tillen en dragen
Zorg ervoor dat je wat je niet kunt tillen, zo dicht mogelijk bij je lichaam draagt. Verdeel het gewicht gelijkmatig en draag bijvoorbeeld liever twee halfvolle gieters dan één volle. Maak liever een extra tripje, dan alles in één keer te tillen. Natuurlijk kun je ook altijd om hulp vragen als je zware dingen moet tillen. Til niet met schokken of met een gebogen of gedraaide rug. Pak je last ter hoogte van je heupen en til vanuit je knieën met een rechte rug. Span daarbij lichtjes je buikspieren aan. Laat je armen tijdens het dragen niet loshangen, maar span ze een beetje aan.

Tip 8: Spitten en graven
Als je een putje graaft met een spade met een korte steel, moet je bukken, vooral bij diepere putten. Daarom is het belangrijk om regelmatig je rug te strekken. Houd de spade zo dicht mogelijk bij je lichaam, sta in een lichte uitvalpas en span je buik- en schouderspieren zachtjes aan. De druk op de bovenkant van de spade komt vanuit je been en je lichaamsgewicht.

Toch pijn?
Als je ondanks alle tips toch pijn hebt, kun je de pijnlijke plek koelen met een coldpack. Om te ontspannen, kun je op je rug gaan liggen met je onderbenen op een stoel, zodat je heupen en knieën een hoek van 90° vormen.

Als je twijfelt over je klachten of als de pijn na een paar dagen niet weggaat, bel ons dan voor een controle door een van onze rug en nekspecialisten. Zo weet je hoe het ervoor staat. Mocht het nodig zijn, dan kan de chiropractor je gelijk helpen.

Veel plezier en ontspanning in de tuin!